over de eindeloze cyclus van leven en dood
10-11-1980: Blad
Rotterdam. Ik heb net mijn boterhammen achter mijn kiezen en haal even een frisse neus in het parkje bij het water tegenover het Adriaan Volker huis waar ik werk. Er valt een prachtig gekleurd blad van een struik.Een blad valt maar één keer van de boom. Maar dat is danook wel de belangrijkste daad die het blad kan verrichten.
Na een heel seizoen/leven te hebben gefunctioneerd aan de boom, ten dienste van de boom, kan het alleen nog sterven om zo ruimte te maken voor een nieuw blad in het volgende seizoen.
Los van de boom dwarrelt het naar de grond. De eind bestemming. Daar geeft het blad zich volledig om als voedingsstof in de grond opgenomen te worden. Via de wortels van dezelfde of een andere boom of struik of plant komt de voedingsstof weer tot leven. Meestal als blad en soms als vrucht, om zo na een vergelijkbaar leven een vergelijkbare dood te sterven. En heel soms ontkiemt uit het zaad van de vrucht een nieuwe boom, struik of plant.
Zo gaat het ook met een mensenleven.
Na een heel leven te hebben gefunctioneerd in een omgeving, ten dienste van die omgeving, kan men alleen nog sterven om zo ruimte te maken voor een nieuwe generatie mensen. Eénmaal dood dwarrelt de ziel naar zijn eindbestemming. Daar geeft de ziel zich volledig over aan God, om in God opgenomen te worden.
De meeste mensen zijn als bladeren maar soms zijn er mensen die bloeien als de bloessem aan de boom. Een lust voor het oog, een toonbeeld van schoonheid, de pracht en de luister van de omgeving waarin zij vertoeven. Hun gedachtengoed, hun geestelijke nalatenschap en hun levenswandel zijn de vruchten die door die omgeving worden afgeworpen. Maar ook die prachtige mensen sterven. En heel soms ontkiemt er uit het zaad van deze vruchten een nieuwe boom.